Ik heb getwijfeld.
Noem ik dit stukje nou “Dodenherdenking” of “Bevrijdingsdag”?
Het een bestaat niet zonder het ander.
Ieder jaar weer denk ik rond deze dagen aan Jan Campert. Jawel, vader van.
Een Nederlands journalist, dichter, schrijver en verzetsman. Zijn gedicht “Het Lied der Achttien Dooden”. Achttien verzetsstrijders wachten in de cel op hun executie. Dat schrijft hij in 1941. Twee jaren later overlijdt hij in concentratiekamp Neuengamme.
Op de middelbare school heb ik het gelezen.
Zo mooi in al die ogenschijnlijke eenvoud. Het heeft mij toen gegrepen. De tekst van dat eerste couplet kan ik dromen; voor eeuwig in mijn ziel gegrift. Vergeten doe ik nooit.
Het lied der achttien dooden
Een cel is maar twee meter lang
en nauw twee meter breed,
wel kleiner nog is het stuk grond
dat ik nu nog niet weet,
maar waar ik naamloos rusten zal,
mijn makkers bovendien,
wij waren achttien in getal,
geen zal den avond zien.
We zijn nu vele jaren verder.
Niet alleen die achttien doden maar al die anderen. Zij gaven hun leven, ook voor ons. Respect en piëteit zijn op z’n plaats. Jaarlijks twee minuten stilte om die gruwelijkheden van destijds en al die duizenden doden te herdenken.
Het is slechts symboliek maar toch. Kennelijk zijn die twee minuten stilte op die ene dag per jaar voor menigeen teveel gevraagd. Geen tijd, ik moet nog dit, ik moet nog dat. Nul komma zoveel promille van je tijd. Voor menigeen heeft het woord respect geen enkele inhoud meer.
In schril contrast en diepe bewondering zie ik Eberhard van der Laan, burgemeester van Amsterdam.
Ernstig ziek, inmiddels ook uiterlijk zichtbaar, maar hij is er wel. Soms schieten woorden tekort.
Wat zijn twee minuten…
Hoelang gaan we nog door met herdenken van wat zo lang geleden is geweest?
Lang, heel lang. Aan het verleden danken wij ons heden en onze toekomst. Velen lieten het leven. Ook door hen kunnen wij zijn zoals we nu kunnen zijn. Vrijheid is niet vanzelfsprekend.
Ik herinner mij dat er jaren geleden ophef ontstaat: ook Duitsers komen naar Nederland om samen met ons het bevrijdingsfeest te vieren. In die tijd is dat meer dan gedurfd en bewonderenswaardig dat zij dat doen. Er zijn protesten: herdenking van de oorlogsgruwelen is immers voorbehouden aan ons als slachtoffer. Wat heeft de aanstichter van die gruwelijke ellende hier te zoeken?
De mensen van nu zijn niet de mensen van toen.
Geen mooier voorbeeld van vrede en saamhorigheid dan dat prachtige gebaar. Van die Duitsers.
Juist in deze dagen.
Hertzlich wilkommen, gemeinsam sind wir ein!
Ook zo kan de wereld zijn.
Meer columns van Rob van Spanje? Lees zijn bundel Vis op vrijdag!
[bol_product_links block_id=”bol_56fec0b761913_selected-products” products=”9200000039366285″ name=”Vis op vrijdag” sub_id=”” link_color=”003399″ subtitle_color=”000000″ pricetype_color=”000000″ price_color=”CC3300″ deliverytime_color=”009900″ background_color=”FFFFFF” border_color=”D2D2D2″ width=”250″ cols=”1″ show_bol_logo=”undefined” show_price=”1″ show_rating=”1″ show_deliverytime=”1″ link_target=”1″ image_size=”1″ admin_preview=”1″]
Rob, ook ik was onder de indruk van de burgemeester van Amsterdam. Zijn aanwezigheid en woorden zeiden me meer dan alle kransen en hotemetoten. Twee minuten van een leven dat ten einde loopt.
Mooi gezegd Dimph. Fijn, jouw reactie.