In een van mijn eerdere columns heb ik geschreven, dat er ook mensen zijn met het IQ van een rolmops. Nou ja, ik schrijf wel eens wat. En wat ik schrijf, is meestal heel serieus bedoeld.
Zo ook die ene opmerking. Over dat IQ van een rolmops.
En jawel, die mensen met het IQ van een rolmops bestaan echt!
Eigenlijk ben ik pas achteraf gaan nadenken hoe het zal zijn als je echt het IQ van een rolmops hebt.
Ik kan mij er niets bij voorstellen. Helemaal niets. Misschien is het dat wel waarom sommige mensen zo af en toe gewoon maar wat doen. Actie voeren en zo; zonder daarbij na te denken.
Waarom? Dat weten ze vaak zelf niet, denk ik.
Ik heb het niet over die bevlogen actievoerders die strijden voor hun idealen. Vanuit hun hart. Daar heb ik respect voor. Veel respect. Maar die rolmopsen? Ze voeren een -in hun ogen- toch wel geweldige actie voor … Waarvoor eigenlijk?
Ik hoef het niet te weten.
Naar aanleiding van die IQ-opmerking krijg ik o.a. de volgende reactie: “Ik weet ech wel wat je altijd schrijft. Soms lees ik jou romannen maar dit soort opmerkingen moet je niet mee maken. Sinterklaas bestaat toch ook in het ech ook niet!”
Wil ik daar echt op reageren? Dacht het niet.
Mijn romannen. Waarschijnlijk bedoelt hij mijn columns. Lijkt me niet de moeite waard om dat te vragen. Een roman heb ik nog nooit geschreven en zal ik ook nooit doen.
Ach, er passen er zes van in een pot. Rolmopsen.
En zo kom ik van een rolmops via romannen terecht bij mijn eigen columns.
Zo af en toe ben ik voor een enkele lezer niet meer te volgen. Ook niet door mensen met een hoger IQ dan van een rolmops. Ik hoop tenminste dat ik ook die tot mijn lezers mag rekenen.
Maak ik nou een grapje of ben ik serieus?
Die vraag stellen heeft natuurlijk geen zin. Daarom stel ik ‘m ook terwijl ik schrijf over een rolmops.
Mijn vaste lezers weten heus wel hoe ik in elkaar steek.
Het IQ van Einstein zal ik nooit benaderen. Gelukkig maar, anders zou je wellicht helemaal niet meer snappen wat ik allemaal schrijf. Die onzin maar meestal wel serieus.
Ik weet trouwens niet of Einstein wel eens heeft voorspeld dat er ooit rolmopsen zouden zijn. Rolmopsen van de menselijke soort zoals die stoethaspels die op een kinderfeest in december gaan roepen dat sinterklaas niet bestaat. Dat kan zelfs Einstein niet hebben voorzien.
We zijn inmiddels een half jaar verder maar dat zit me nog altijd dwars. Ik probeer alsmaar te doorgronden waarom mensen dat doen. Ik geef het op; zinloos.
Voor de zekerheid toch maar even googlen.
“Opgerolde, halve haring met augurk”.
“Wezen dat op een rolmops lijkt.”
Ik twijfel. Ik ga uitleggen wat een column is.
Aan dat wezen dat op een rolmops lijkt.
N.B. De afbeelding bij deze column is speciaal voor mij gemaakt door Esther Morren