“Geloof in de magie van fantasie”
Helena is ziek. Ze is niet ziek geworden. Ze was het al voor ze het kon worden. Voor ze Helena was, was ze al ziek. Groeiend in haar mama’s buik. Helena kent het ziekenhuis als haar broekzak. Witte muren, witte jassen, witte lakens. In die witte wereld verzint ze zelf haar eigen verhaal. Vol geuren en kleuren. Een wereld waarin de raarste deuren voor haar opengaan. Waarin ze echt iets kan beleven. Ademen. Spelen. Lachen. Zijn. Iemand zijn. Helena ontvlucht haar “zieke wereld’. Ze is liever wat fantasiekelijk ziek… (meer…)